ALToWEB

Dream Theater - Octavarium

Home
Agenda
Bands
Rockstad Live
Festivals
Haagse podia
Bandwedstrijden
Recensies
Links
Contact
fotodt.jpg

cd-recensie door Erik E., 28 juni 2005

-

oordeel: 2 sterren (matig)

 

7 juni jongstleden kwam die uit, de nieuwe Dream Theater cd met de titel ''Octavarium''. Het is het vierde studio-album met toetsenist Rudess en de negende studio-cd in totaal. Tevens is het de opvolger van het in 2003 uitgebrachte ''Train of Thought'', wat een tegenvallende cd was die vooral leed aan gebrek aan originaliteit.

Wederom hebben de heren een deel van de downloadende massa voor de gek gehouden, namelijk door een 8-tal 'aparte' nummers op te nemen en deze op het internet te zetten onder de naam Octavarium. Met grote verbazing hoorde ik aan hoe DT een soort Metallica-imitatieband was geworden en hoe bijvoorbeeld het virtuoze pianospel van toetsenist Rudess was vervangen door een imitatie van de DJ van Linkin Park. Een geslaagde grap wat mij betreft, ten eerste omdat ik erin trapte en me rot heb gelachen om de 'nieuwe Dream Theater' en ten tweede omdat het getuigt van enige zelfspot, na het vorige studioalbum werden ze namelijk redelijk aangepakt op het feit dat ze heel veel kopieerden van andere bands.

Nu maar eens kijken hoe de echte Octavarium klinkt. De cd bestaat uit 8 nummers waarvan het laatste nummer het 24-minuten durende titelsong is. Elk nummer is door de band als geheel geschreven en de teksten zijn voornamelijk van de hand van gitarist Petrucci en drummer Portnoy. De cd begint met het dreigend klinkende ''The Root of all Evil'', een stevig nummertje met als leidraad een riff die wel erg veel lijkt op de riff uit ''Slither'' van Velvet Revolver, zeker als later een tweede gitaar deze riff dubbelt. Het nummer is het vervolg op de nummers ''The Glass Prison'' en ''This Dying Soul'' en het refrein uit laatstgenoemd nummer komt daarom ook voorbij. Nummer 2 is de ballade ''The Answer Lies Within'', een nummer wat doet denken aan ''Hollow Years'' en verder vrij nietszeggend is. Na deze ballade is het weer tijd voor het stevigere werk. ''These Walls'' opent met een vette gitaar-riff en luidt hiermee het bombastische intro in. Na een rustpunt tijdens het couplet volgt het catchy refrein en na een break volgt ook nog een zeer aardige gitaarsolo. Het nummer laat horen dat de band een mix probeert te maken tussen catchy new-metal en het bombastische van Dream Theater zelf, iets wat aardig lukt met dit nummer. Nummer 4 heet ''Walk Beside You'', een up-tempo rocknummer wat vrij aardig klinkt totdat het refrein aanbreekt, waarin schaamteloos een U2 imitatie word gedaan met de typische U2-bas-zanglijncombinatie aangevuld met een sfeervol The Edge gitaartje en een pianostuk a la ''New Years Day''. Het daarop volgende zeer stevige ''Panick Attack'' begint inderdaad met een zeer panisch basloopje, een soort paniekerig gevoel dat aanblijft in de rest van het nummer en best wel lekker voelt. Minpunt van het nummer is dat de break na vier minuten laat horen dat de band ook zeer gecharmeerd is van Muse. Labrie vind het nodig om te laten horen dat hij net zo hijgend kan zingen als Matthew Bellamy. Nummer 6 ''Never Enough'' begint met een spacy-intro en hoewel er toch echt ''Dream Theater'' bij de songwriting credits staat lijkt het nummer belachelijk veel en nog meer als het nummer hiervoor op Muse, het nummer klinkt dus best grappig maar is helaas compleet gejat.

Na een intro met iets dat klinkt als een stel politieberichten waarin gesproken word over 'a horrific scene' en 'terrorist attack', en een tekst waarin gerept word over 'collapsing towers', is het duidelijk, nummer 7 "Sacrificed Sons" gaat over de aanslagen op 11 september. Een gebeurtenis die Dream Theater niet alleen trof omdat de heren uit New York komen, maar ook omdat het live-album "Live Scenes From New York" diezelfde ochtend voor het eerst in de schappen lag met als albumcover een brandende sky-line van Manhattan, een bizar toeval en natuurlijk aanleiding om alle cd's uit de handel te halen en een nieuwe hoes te laten drukken. Wat begint als een redelijk saaie ballade slaat na een minuut of vier opeens om in een instrumentaal progressief stuk. Een zeer sterk stuk dat doet denken aan Dream Theater in betere doen, en dit is wat mij betreft het hoogtepunt van deze cd.

En dan is het tijd voor de titelsong, Octavarium, dat uit vijf delen bestaat. Na een lange sfeervolle intro begint de ballade ''Someone Like Him'', gevolgd door het aardige iets snellere nummer ''Medicate (Awakening)". Deel drie "Full Circle" is een progressief nummer dat begint met een piano-riff die zo van Marillion's debuutalbum komt. Verder word in het couplet verwezen naar een aantal bekende personen en nummers met onder andere 'Jack the Ripper Owens' en 'Lucy in the sky with Diamond Dave'. Het nummer vervolgt weer met een progressief instrumentaal stuk waarin vooral naar Dream Theater zelf word verwezen, met bijv. een riff uit ''Metropolis part 1'' en de orgelpiano-sound van ''A Change of Seasons''. In deel vier, ''Intervals'' horen we een furieuze Labrie die eerst een Dave Mustaine imitatie doet en eindigt met het shreeken van de woorden 'trapped inside this octavarium'. "Razor's Edge" is het sfeervolle slot, het einde van een 24-minuten durende 'reis' met best aardige stukken.

Misschien denk je na het lezen van het stukje hierboven: 'wat word toch geforceerd de vergelijking gezocht met een hoop andere bands'. In dat geval kan ik je vertellen dat je niet hard hoeft te zoeken om de verwijzingen naar andere bands tegen te komen, in de meeste gevallen kan je in plaats van verwijzingen gewoon spreken van gekopieerde of gejatte stukken, waarbij ik nummer acht buiten beschouwing laat omdat dit nummer duidelijk bedoeld is als een eerbetoon aan sommige bands. Hoewel deze cd sterke momenten kent (nummer 3, stukken uit nummer 7 en 8), lijdt het net als "Train of Thought" aan gebrek aan inspiratie en originaliteit. Dream Theater poogt met deze cd een groter publiek aan te spreken door invloeden van de op dit moment populaire muziek door te laten klinken, met andere woorden: de verkoopcijfers stijgen terwijl de muzikale integriteit van de heren daalt en daalt.